Lachenalia

DeutschEnglish

Lachenalia is afkomstig van de Kaapprovincie en van Namaqualand in Zuid-Afrika. Door veredeling en kruising van zijn wilde voorouders is de exoot geschikt gemaakt voor gebruik als kamerplant in Europa. Maar de plant doet het ook uitstekend als balkon-, terras- en tuinplantDe planten worden circa 25 centimeter hoog. De buisvormige bloemetjes zijn fel rood, geel of blauw. Er zijn ook tweekleurige exemplaren. De bladeren zijn langwerpig, spits en soms gespikkeld en doen enigszins denken aan een wilde orchidee. Het karakter van Lachenalia is onmiskenbaar exotisch. Het bolgewas is familie van de lelie.

Verzorging

Lachenalia bloeit circa drie weken. Na de bloei als het blad begint te verleppen, steeds minder water geven. Om uiteindelijk de knollen droog en liefst koel te overzomeren. In September eventueel verpotten en de kleine broedknollen afnemen. Daarna kunnen de planten tot Oktober buiten staan, ze moeten wel voor de eerste vorst naar binnen Na het oppotten eenmalig water geven, daarna niet meer totdat de groei zichtbaar is. Liever eens per week een scheut water dan voortdurend kleine beetjes.

Zorg voor een goed doorlatende grond, door een deel grof zand, fijn grit of perlite door de potgrond te mengen.

Herkomst

Lachenalia is ontdekt in 1652, toen ontdekkingsreizigers van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (V.O.C.) de binnenlanden van Zuid-Afrika in trokken. Onderweg verzamelden ze allerlerlei soorten bolgewassen, die naar Europa werden meegenomen. Deze werden een gewild verzamelobject voor rijke mensen. In 1784 was in de loop der jaren een grote collectie Lachenalia’s opgebouwd in de tuinen van het Schönbrunn Paleis in Wenen. De planten wekten daar de aandacht van Baron Nicolaus Joseph Jacquin, die ze ging bestuderen. Hij gaf de plant de naam Lachenalia aloides, naar Werner de Lachenal, een beroemde professor uit Basel in Zwitserland.

Vermeerdering:

Broedknollen

De lachenalia soorten vormen makkelijk broedknolletjes, die bij het verplanten in September afgenomen en apart opgepot kunnen worden.

Stekken

Lachenalia is te vermeerderen door het nemen van bladstekken. Blad bij de basis afsnijden, oppotten in stekgrond. Na voorloop van tijd vormen zich knolletjes die net als de broedknollen opgepot kunnen worden.

Zaaien

Zaad vormt zich vrij makelijk, alleen moeten de bloemen dan met de hand bestoven worden. Zaad over de zomer droog bewaren, in de herfst zaaien. Niet te dicht zaaien om verspreiding van schimmel te voorkomen. Zaad kiemt gewoonlijk naar 2-3 weken.

Nieuwe bloei is na enekele jaren te verwachten, met geluk al in het tweede jaar.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *