Kiwi’s kunnen uit zaad opgekweekt worden, helaas is het dan lang onzeker of en hoeveel vruchten de plant zal dragen.
Zekerder is het om kiwi’s te stekken.
Kiwi’s worden in de winter gestekt. Men spreekt dan ook van winterstekken. Stekken worden geknipt in de herfst als de kiwi zijn blad verloren heeft of tijdens de snoei in December-Januari. Later geknipt zal de kiwi gaan bloeden, hetgeen niet noodzakelijk schadelijk is, maar zeker niet fraai.
De tijd om te stekken is dan vanaf de tweede helft van Januari, tot dan worden de stekken bij een zo laag mogelijke temperatuur maar vorstvrij bewaard. Bijvoorbeeld onder in de koelkast.
Stekhout is een halve tot ander-halve centimeter dik. Knip de stekken boven en onder een knop af, elk ongeveer een handbreedte lang. Verwijder tegenover de onderste knop een schilfer van de bast.
Doop de stekken in een stekhormoon en plant de stekken in goed doorlatende stekgrond. Dit kan met meerdere stekken in een pot. Verzetten bij kamertemperatuur of iets daarboven (20-25). Zodra er groei en komt voorzichtig verpotten en verder opkweken.
Slagings percentages zijn niet super hoog, 25-50%, maar in het algemeen produceert een kiwi flink wat hout.